401.2-1C: Er wordt een Jongerenpunt ingericht voor de verbetering van gemeentelijke dienstverlening aan jongeren (met arbeidspotentieel) in kwetsbare posities.

Afgerond
NeeOmschrijving
Binnen de gemeentelijke organisatie (of bij één van haar partners) richten we een integraal en innovatief JongerenPunt in. Eén punt waar jongeren, intermediairs, docenten, stagebegeleiders, hulpverleners en professionals die werken met jongeren tot 30 jaar -en vragen hebben over mogelijkheden voor jongeren over ontwikkeling, leren, inkomen en/of werken-, terecht kunnen. Vanuit deze eerste loketfunctie worden de jongeren doorgeleid (zodra dat kan) naar Dokwurk, het RMC, Wurkstart, Ynkommen/Schulddienstverlening of naar het Gebiedsteam. Door het JongerenPunt wordt voor alle jongeren en hun professionele begeleiders duidelijk waar zij met hun vragen en wensen over zorg, ontwikkelen, leren en/of werken terecht kunnen. Hierdoor wordt snel en effectief de juiste begeleiding geboden en vanuit economisch oogpunt; jong arbeidspotentieel wordt eerder in beeld gebracht en behouden voor werkgevers in de regio.
Inhoud (voortgang)
Vanuit efficiëntie en financiële overwegingen wordt er verkend of we het project Jongerenpunt aan het project Wurkstart kunnen koppelen. Wurkstart is het leerwerkloket van de regio noordoost Friesland en is gesubsidieerd vanuit de versnellingsagenda. Er is een succesvolle extra aanvraag gedaan bij de versnellingsagenda voor Wurkstart 2.0, met extra aandacht voor jongeren.
De scholen voeren het project VMBO On Stage uit (project binnen het Jongerenpunt). Door middel van VMBO On stage kunnen leerlingen van het VMBO zich oriënteren op de arbeidsmarkt en bouwen ze aan een duurzaam netwerk. Vanuit de gemeente hebben meerdere medewerkers zich aangemeld als beroepsbeoefenaar. in 2025 vindt het eerste beroepenfeest plaats.
Planning (Voortgang)
Het project loopt door in 2025. De prognose is dat Wurkstart en het Jongerenloket in een aangepaste vorm per 1 april 2025 operationeel kunnen zijn.
Financiën (voortgang)
Deze activiteit wordt gefinancierd vanuit programma 3.